donderdag 30 oktober 2003

Mark Rutte



Ik had me het aan laten praten: ik zou een discussie-avond presenteren in De Koperen Tuin met staatssecretaris Mark Rutte van sociale zaken en Piet van der Galien, die mensen in de bijstand vertegenwoordigde, want daar ging het over, de nieuwe bijstandswet. Die krijgen we al op 1 januari, maar het duurt nog even voor het echt gaat werken.

Het was een avond georganiseerd door de VVD Leeuwarden. Dus waren er allerlei mensen van die partij, maar ook politici en mensen die zelf een uitkering hebben. En drie journalisten.

Ik zat achter twee hoge tafeltjes, met rechts van mij Van der Galien en links Mark Rutte. Ik was een en al aandacht, want ik moest al te lange verhalen afkappen, opletten of er vragen uit de zaal waren, soms een beetje samenvatten, dat soort dingen.

Dat ging best.

Alleen vielen me ineens de handen op van Mark Rutte, een hip soort Wouter Bos van de VVD. Ze lijken verrassend dik, en het was ook net of de knokkels een beetje te laag zitten, of dat de vingers te hoog beginnen.

In eerste instantie valt het niet zo op, maar als je een tijd naast hem zit te luisteren naar de haken en ogen van de bijstandswet begin je er steeds meer op te letten. Het werd steeds erger. Op de knokkel onder de middelvinger zat een klein wondje, hij had misschien ergens tegenaan geslagen.

Ook als ik om me heen keek de zaal in, waar die mensen geboeid achter lege koffiekopjes luisterden, hield die hand me bezig.

Wat zouden ze doen, bedacht ik ineens, al deze bezoekers, als ik nu bijvoorbeeld ineens die hand zou beetpakken en over dat wondje zou likken? Of het roofje eraf krabben? Dan heb je eens iets heel anders in zo'n politiek forum en het komt misschien ook in de krant. Het hield me zo bezig, dat ik even zijn naam kwijt was - Schutte noemde ik hem per ongeluk.

Ik deed het natuurlijk niet. Gelukkig maar, nu kreeg ik allemaal complimentjes over de presentatie, zelfs van Mark Rutte zelf. ,,En nog veel plezier met je sabbatical'', zei hij bij vertrek. Aardige man en zijn handen vallen best mee zag ik toen.

dinsdag 28 oktober 2003

Vangen



Het stukje dat ik vorige week op deze site schreef, over Klaas Bruinsma, staat ineens ook op Liwwadders, de nieuwssite van de handige Andries Veldman.

Ik stuurde hem een mailtje:
----- Original Message -----
From: Asing Walthaus
To: redactie@liwwadders.nl
Sent: Tuesday, October 28, 2003 12:46 AM


Wat is dit? Inbreuk op auteursrecht? Ken jim zelf geen stukjes meer skrieve? Kin ik oek even vangen?

Asing Walthaus


Ik kreeg een mailtje terug:

Dat denke wij oek altiid as wij oanze morgenstukjes in de middag-LC sien staan.

groet, Andries


Ik ben geloof ik niet geschikt als loononderhandelaar.

maandag 27 oktober 2003

Six Flags



We hadden vier vrijkaarten voor pretpark Six Flags, maar Jantien en ik konden niemand vinden om mee te gaan. Gisteren gingen we ernaar toe, de laatste dag van het seizoen.

,,Je moet ze daar gewoon verkopen'', ried Jeroen aan.

Dat had ook best gekund, want Six Flags is zwaar aan de prijs. Als volwassene betaal je 23 Euro om erin te komen, en 7 Euro om er te mogen parkeren (dat doen ze bij Disneyland niet eens) en als je er in het park een zakje patat koopt, ben je nog eens 2,10 Euro lichter.

Koop je een foto van jezelf in de achtbaan, dan is dat weer 8 Euro. Hoewel ik dat zelden doe, kocht ik em nu wel toen we uit Goliath kwamen. Dat is, las ik in de folder, ,,de snelste, hoogste, langste en steilste rollercoaster van de Benelux'', waar je van 46 meter hoog bijna recht naar omlaag lazert.

Zoals Duitse achtbaanliefhebbers schrijven: ,,eine exzellente Fahrt mit interessanten Airtimemomenten wie auch starken lateralen G-Kraeften''. Jantien, die toch ooit aan 'Wie is de Mol' heeft meegedaan en daarbij zelfs op een vliegtuigje stond, was het allemaal wat te veel. Ze hield haar ogen een tijdlang stijf dicht.

Kortom, met zijn tweeen ben je voor je het weet 60 Euro kwijt, wat in echt geld uitgedrukt toch bijna 150 gulden is! Niet misselijk voor een opgeblazen kermis.

,,Wilt U twee vrijkaartjes?'', vroeg ik aan een groepje achter ons.

,,We hebben er zelf al acht'', zei een man en toonde een volle enveloppe.

,,Wilt U misschien vrijkaartjes?'', vroeg ik aan het stel daar weer achter.

,,Wij hebben een abonnement'', zeiden ze.

Daar kwam een Turkse familie aan.

,,Wilt U misschien twee vrijkaartjes?'', vroeg ik. ,,We hebben ze over.''

,,Nou, dank u wel'', zei de moeder.

Even later, we waren de kassa al gepasseerd, werd ik aan mijn jas getrokken. Een tienjarig Turks jongetje, lekker mollig, en met een glunderend gezicht. Trots stak hij de net afgescheurde gratis kaart omhoog.

,,Dank u wel meneer'', zei hij nog eens. ,,En weet u, gisteren was het ook nog mijn verjaardag!''

Kijk - eigenlijk was dat stralende kereltje leuker dan de grootste achtbaan van de Benelux. Wat een plezier, en geheel kosteloos!

vrijdag 24 oktober 2003

Klaas Bruinsma



Kerst Huisman, voorheen Leeuwarder Courant, thans gepensioneerd, heeft een nieuw boek geschreven, De Friese geschiedenis in meer dan 100 verhalen, en dat werd gisteren gepresenteerd. Ik was er ook bij, in boekhandel De Tille. Tot mijn grote genoegen schreef Kerst voorin mijn exemplaar 'Voor de leukste chef die ik heb gehad'. Een vriendelijkheid waar ik, nu ik dit schrijf, nog steeds een fleurig gevoel van heb.

Voor me zat een brede man diep in zijn beige windjack, met een pet op. Het was Klaas Bruinsma, de Friese schrijver en vertaler uit Oudemirdum. Hij zat een kort gedicht te schrijven voor de presentatie begon. Over zijn schouder las ik stiekem mee, hij heeft het ouderwets sierlijke handschrift dat jarenlang voor de klas staan verraadt.

,,Wêr lizze, freon, de woartels fan de skiednis'', ging het. ,,fan't folk, dat
us it leafste en djoerst op ierd' is? / Djip as de libbenssoppen fan it hert, / dat syn geheimen hoeden fol earbiednis.''

Dat klonk nogal gedragen, maar hij ondertekende lichtvoetig: ,,Klaas Bruinsma, nee, net die oare, dy is al dea.''

Ja, je zult in deze tijd maar Klaas Bruinsma heten inderdaad. Heeft U daar veel last van? wilde ik bij de wijn na afloop weten. Beginnen mensen daar vaak over?

Al twaalf jaar, zei hij, maar hij vond het wel vermakelijk. Heeft U dan ook een reddingboot die Neeltje Jacoba heet? vroeg ik er achteraan. ,,Myn reddingboat hjit humor'', antwoordde hij spits.

Twaalf jaar geleden, zo beschreef hij, ging hij sateh halen bij de Chinees in Balk. En om de tijd te doden bladerde hij in de Panorama. Daar stond een verhaal in over Klaas Bruinsma, de topcrimineel, die toen al het loodje had gelegd. ,,Ik hie noch nea fan de man heart, mar in moard komt altiten ut, freegje mar oan Wisse Smit'', zei Klaas Bruinsma.

Hij las gefascineerd door en kwam er zo achter dat er ook een boek over zijn naamgenoot bestond, 'De Dominee'. Hij ging dadelijk naar de boekhandel in Balk, waar er drie lagen. Hij kocht ze alledrie. Zo voorkwam hij dat anderen in Gaasterland het uit zouden vinden.

woensdag 22 oktober 2003

Schaamhaar

De Blokhuispoort, het huis van bewaring in Leeuwarden dat al jaren gesloten zal worden, blijft gewoon open. Dat is althans de stellige overtuiging van Henk Dillerop, directeur gedetineerdenzorg in gevangenis De Marwei, ook in Leeuwarden.

Ik was gisteren op een etentje waar hij als gastspreker was uitgenodigd. Het was een rare speech die hij hield, want hij vertelde er van alles in zonder dat het ergens naartoe ging: hij had Klaas Bruinsma wel eens een hand gegeven, had vroeger als politieman geinfiltreerd bij gevaarlijke boevenbendes en hij moest nu in De Marwei beslissen over of de gevangenen tussendoor naar huis mogen of dat ze juist in een isoleercel moeten.

In het verhaal kwam van alles aan de orde, maar vooral dat het gevangeniswezen een soort zorgsector is. Daarin bereik je misschien niet veel omdat nogal wat zware jongens na een tijdje in de vrije wereld gewoon weer terugkeren, maar waar je altijd moet blijven proberen. Dat deed Henk in elk geval.

Henk had ook een seksueel probleem, vertelde hij, ondanks dat hij al dertig jaar met de mooiste vrouw getrouwd was die hij kent. Het probleem werd niet echt duidelijk, maar het heeft ermee te maken dat ze in de gevangenis kabeltelevisie hebben en elke zaterdag op Canal Plus vieze films kunnen zien. Is het al heel wat, zei hij, dat allerlei mensen zomaar van hun bed gelicht en vervolgens in de cel gezet worden, dit maakt het allemaal nog veel erger. Want het zijn allemaal gezonde mannen met natuurlijke behoeften, die door Canal Plus nog eens extra aangezwengeld worden.

,,Wat zou u uw man sturen als hij in de gevangenis zat?'', vroeg hij aan een van de bezoeksters in restaurant Piet Paaltjens. Ze was zo perplex dat ze niks zei. Blote plaatjes en zo waren verboden, ging hij door, maar er kwamen wel ,,slipjes en plukken schaamhaar. We krijgen daar hele bossen van binnen.''

,,Wat is daar eigenlijk het probleem van?'' wilde ik weten. Want seks, dat is overal en vast ook in de gevangenis.

Daar gaf Henk wat een onduidelijk antwoord op. De aldus opgehitste mannen maken kennelijk vaak vrouwelijke cipiers het hof, en als dat niet lukt, elkaar.

Wat nu Henk zijn seksuele troebelen zijn, of wat er zo verschrikkelijk is aan Canal Plus, dat bleef in het midden. Maar een pretje is het in de gevangenis niet, daar kwam het op neer.

zondag 19 oktober 2003

Een biertje in Rijs

Hotel Jans in Rijs is heel beroemd, ik had tenminste al meer dan eens de keuken horen prijzen. Dit weekeinde was ik er voor het eerst zelf als gast, met allemaal andere Amelanders. De lof voor de keuken is terecht.

Het is midden in Gaasterland, heuvelachtig en bebost Friesland aan het IJsselmeer waar veel oudere toeristen doorheen fietsen. En er lopen echtparen waar de kinderen de deur al uit zijn, en die nu van die kleine hondjes hebben. En je ziet er een handjevol powersporters met allerlei gekleurde zeilen en halfronde vliegers om daarmee zo hard mogelijk over het water heen en weer te jagen.

En wij waren er dus. Na het wandelen zaterdagmiddag wilden we een biertje drinken. In Hotel Jans kon dat eigenlijk niet, daar is het wat te deftig en te restaurant voor. Er was wel een barretje maar dat was deze avond gereserveerd voor de biljartvereniging.

We mochten wel boven zitten, in een kaal vergaderzaaltje voorin op de eerste verdieping, met een saaie tafel en verder niks. Als we wat wilden drinken, moesten we dat beneden halen. Sjouke deed een poging het gezelliger te maken door de gordijnen te sluiten (het was half zes) en waxinelichtjes aan te steken. Maar toen zag het er helemaal uit als een enge sekte van mensen die geesten proberen op te roepen.

De Vier Heemskinderen even verderop? Alleen eetcafe. De Eik, nog wat verder verderop? Ook alleen eetcafe. Frituur Hennie naast het hertenkampje klonk niet erg gezellig en ze hadden er vermoedelijk alleen blikjes bier.

Hans en ik liepen ten einde raad naar Hotel Gaasterland, dat er van buiten AC-restaurant uitziet. Links naast de entreehal was een doodstille eetzaal, met allemaal ronde tafeltjes met overal een bloemetje op. Een meisje stond achterin het salade-buffet te poetsen, in een hoek keek een bejaard echtpaar treurig de leegte in.

,,We willen graag ergens een biertje drinken'', zei ik tegen de meneer achter de balie.

,,U kunt hier best een biertje drinken hoor'', zei hij met een blik of hij het zelf geloofde.

,,Ik bedoel meer in een leuk cafeetje of zo'', voegde ik toe.

,,In Rijs????'', riep hij uit. Als ik hem had gevraagd: ,,Kunnen we hier ergens bejaarde vrouwen neuken'' had hij niet verbaasder kunnen kijken. In Rijs een leuk cafeetje? Dat konden we wel vergeten, dat was uit zijn antwoord in een keer duidelijk.

,,Dat wordt de vergaderzaal'', zei Hans gelaten.

We namen de auto's en reden naar Oudemirdum, daar was in elk geval iets dat Hotel Boschlust heet en waar Jellie wel eens gegeten had. Het zat er aardig vol en rook er naar warme dingen met pepersaus.

,,Kunnen we hier ook alleen een biertje drinken?'' vroeg ik aan het meisje achter de bar.

,,Oh jawel hoor'', zei ze.

,,Maar we zijn met zijn achttienen'', waarschuwde ik. En ja, een voor een stommelde iedereen van ons gezelschap door de klapdeur naar binnen.

Het kon dus niet. ,,Misschien in het eethuis aan de overkant'', probeerde ze nog. ,,Daar is het nooit zo druk.''

Jellie informeerde bij het eethuis aan de overkant, maar ik had er weinig vertrouwen meer in. Gelukkig was ook Johan bij ons. Die zag verderop twee metselaars aan een gevel werken en liep daar dadelijk heen.

,,We moeten naar Balk'', kwam hij terug. ,,Naar Cafe Boonstra. Wij rijden wel voorop.''

Zeven kilometer verderop en drie kwartier later zaten we aan ons eerste biertje, in een lekker uitgewoond cafe. Gaasterland is best mooi, maar je moet er een beetje bejaard voor zijn.

donderdag 16 oktober 2003

De roof



Op maandagavond logeerde ik in Den Bommel, bij tante Coki en oom Govert. Oom Govert komt van 'het eiland', zoals bewoners van Goeree-Overflakkee het noemen, en is dus geen overkanter, iemand uit Rotterdam of Brabant die hier is komen wonen. En hij is al helemaal geen zeeuw , dat is hier pas echt een scheldwoord.

Zijn vader, vroeger wethouder, komt op maandagavond altijd even langs. Het is een glunderende oude meneer, vol verhalen van vroeger, waar ik maar niet genoeg van kreeg. Over Marie de Kikker, die niet echt zo heette, zes kinderen had, maar nooit een man, over de hondenkar waarmee zijn grootvader eens in de week naar Rotterdam ging, en vooral over een stel broers die nergens bang voor waren, die ze in deze streek de bijnaam Pik gaven.

Die broers zeiden tegen boeren: als jij me niet betaalt, gaat je boerderij in de fik. Een keer had een boer midden in de winter politiebewaking gevraagd om dat te voorkomen: vier veldwachters sterk. Het was zo koud, dat de boerin ze even binnenriep voor een warme kop koffie, en precies toen gebeurde het, want daar hadden de broers Pik ondanks de felle kou op gewacht.

Een keer was er een brutale overval geweest. Bij een van de broers Pik werd onder de stalvloer een deel van de geldbuit teruggevonden. Er werd ook iemand anders opgepakt, geen familielid, maar bij de plaats van de overval in Brabant waren een knoop van het vestje van die man en een schroefje uit zijn revolver gevonden. Hij heeft er negen maanden voor gezeten, maar hij heeft altijd ontkend.

Veel, veel later werden die man en zijn vrouw kinds. Zijn vrouw stierf eerder, en een zekere Bassie was eens bij de man thuis. Daar bladerde Bassie in de Bijbel, en hij zag dat er tussen alle bladzijden een bankbiljet zat. ,,Dat moet je niet in een boekie bewaren, dat moet je naar de boerenleenbank brengen'', zei Bassie, die in het bestuur van die bank zat. ,,Dan levert dat geld je nog wat op.''

De oude man voelde daar niets voor, de bank, dat was niks voor hem. Bassie praatte net zo lang op hem in, tot hij akkoord ging. De Bijbel werd boven de tafel leeggeschud. Maar het was nog middagpauze, de bank was tot 1 uur gesloten, dus Bassie nam het mee naar huis en zou het vanmiddag storten.

Om half een belde de oude man: was het geld al weggebracht? Nee, natuurlijk niet, de bank was immers nog dicht! Dan wilde de man het toch weer terug, hij had zich bedacht, het hele plan moest maar niet doorgaan.

Een half jaar later was hij overleden. Nadat Bassie de erfgenamen over het geld had verteld, hebben die het huisje binnenstebuiten gekeerd en de hele tuin grondig omgespit, maar niets gevonden. Vermoedelijk heeft de oude man het verbrand. Maar hij heeft nooit, nooit iets bekend.

(,,Misschien had die Bassie het wel voor zichzelf gehouden'', opperde tante Coki na dat verhaal.

Haar schoonvader had daar al over nagedacht: ,,Dan had-ie zeker niks tegen de nabestaanden gezegd, want die wisten van niets.'')

37 cent



Het gebeurde in Stad Aan Het Haringvliet, op Goeree-Overflakkee. De weg waar ik over fietste was een verhoogde dijk, de huizen rechts van mij stonden gewoon aan die dijk, de huizen links waren lager. Alles was dicht, want het was maandagochtend en dan is hier eigenlijk niks te beleven. Je zag niet eens mensen op straat.

Er was daar benee ook een Rabobank en ik moest pinnen. Dus ik stak mijn pasje in de pinautomaat en gaf aan, dat ik 100 Euro wilde. ,,U kunt hooguit 55 Euro opnemen'', deelde het schermpje me bars mee. ,,Doorgaan? Annuleren?''

Beter een half ei dan een lege dop, dacht ik, nemen wat je krijgen kunt, die binne benne benne binne: 55 euro dan maar.

In het verderop gelegen Middelharnis was een Rien Poortvlietmuseum (hij is er geboren of zo), maar dat was gesloten want het was maandag. Er was ook een ABN-bank. Daar probeerde ik het nog een keer. ,,Het dagsaldo is al overschreden, U krijgt niks meer'', verscheen er op het scherm, of woorden van gelijke strekking.

Al doorfietsend naar Dirksland en Goedereede werd ik een beetje ongerust. Wat zou er zijn? Zouden ze in Berlijn, waar ik een paar keer met creditcard betaald had, misschien 1000 Euro hebben afgeschreven in plaats van 100? Daar lees je vaak brieven over in de Kampioen, van aardige bejaarde ANWB-echtparen die in het buitenland links en rechts opgelicht en beroofd worden. Men zij gewaarschuwd!, schrijven die echtparen tot besluit.

In Goedereede was Cafe Goeree open, de hele cafe-familie zat achterin aan een ronde tafel borreltjes te drinken. Op Goeree-Overflakkee, had ik al gehoord, is een op de tien mensen alcoholist.

De baas probeerde me een koffie in te schenken, maar liet eerst een kopje op de grond kapot vallen en raakte toen in paniek omdat het cappuccino-apparaat niet meer ophield met blazen. ,,Ga jij nou maar zitten'', zei zijn vrouw (denk ik), ,,laat mij dat maar doen.'' De televisie ging aan om de trekking te zien van het voetballen. Omdat ze niet goed opletten, dachten ze even dat Nederland tegen Kroatie moest.

Heel toeristisch allemaal, maar ik was er niet gerust op. Dat met dat geld zat me niet lekker.

De volgende dag nam ik de trein naar Zeist-Driebergen. Op het station van Rotterdam wilde ik een kaartje kopen bij de automaat, maar wederom gebeurde er niks. ,,Betaal op andere wijze'', commandeerde de kaartjesautomaat, dus ik ging naar het loket.

Een ING-bank in Zeist bracht uitkomst. Ik stak mijn pas in de automaat en vroeg naar mijn saldo.

,,0.37 Euro'', meldde het schermpje. Ik was gewoon vergeten genoeg geld op de lopende rekening te zetten. Voor het eerst sinds jaren voelde ik me weer als een student. Ik kreeg prompt zin om te gaan liften, maar ik had nog genoeg cash om de dag erop een kaartje naar Leeuwarden te regelen.

(Wie zich er zorgen over maakt dat ik de rest van mijn onbetaald verlof mijn lichaam moet verkopen, meedoen aan medische proeven, werken bij het Friesch Dagblad of iets anders waar je later spijt van krijgt: het is alweer in orde.)

vrijdag 10 oktober 2003

Zang



De telefoon ging. Het was Menno, uit Salt Lake City. ,,Mijn kinderen willen wat voor je zingen'', kondigde hij aan, en ik kreeg Tim (2) ervoor, die met volle overtuiging 'God Bless America' begon te zingen. Hij was niet erg tekstvast, hij zong de eerste regel volledig, maar de regel erna ('Land That I Love') kende hij al niet helemaal en de rest helemaal niet, zodat het in een soort geneurie veranderde.

Daarna kwam Annelise (4) die het lied wel helemaal kent en het al graag ten gehore bracht toen ik nog bij hen logeerde. 'Stand Beside Her!', zong ze, 'And Guide Her!' en zo voort. Ik wilde dat ik het snel had opgenomen want het leek me wel iets om te bewaren.

(Ze hebben trouwens ook een plaat met Nederlandse kinderliedjes, gezongen door Karin Bloemen. Daarvan kent Annalise 'Klein Klein Kleutertje', dat ze ook een paar keer voor me heeft gezongen. Met een enorm Engels accent - 'Klain Klain Kloetetje Whadoejuh In Main Hoff?' Later, als ze een oude Amerikaanse dame is en wij er allemaal niet meer zijn, kent ze het misschien nog steeds en zingt ze het soms op familiefeestjes, als eigenaardigheidje uit een land ver weg waar haar vader vandaan kwam.)

Laibach



Laibach is de Duitse naam voor Ljubljana, en het is ook de naam van een Joegoslavische band die zich op platenhoezen graag in uniformen hult, in het Duits zingt op een soort heavy-marsmuziek en in het algemeen dus lekker fout is.

Gisteren waren ze in Tilburg, in popcentrum 013, en zo'n buitenkansje moet je niet laten glippen: daar moet je snel bij zijn, voor ze het verbieden, denk ik altijd.

Nu weet ik niet zo heel veel van Laibach af, behalve dat ze een heleboel covers hebben gemaakt, maar dan vaak in het Duits. Leben Ist Leben bijvoorbeeld, van het suffe plaatje Life Is Life, Final Countdown en zelfs een keer de hele Beatles-elpee Let It Be.

Kees heeft al die platen, en ook de nieuwste, die WAT heet en waar je ook op internet stukjes van kunt horen. Die draaiden we heel luid in het busje, om vast in de stemming te raken en we dronken er blikjes bier bij. Het nummer Achtung! zit me nu ik dit schrijf nog in het hoofd.

Het publiek was anders dan ik had gedacht. Stilletjes hoop je op een soort neo-nazis of zo, met kale koppen en overal kettingen aan, maar het was een heel gewoon popconcertpubliek, van alles door elkaar, met overheersende kledingkleur zwart. We troffen zelfs een andere Friese bezoeker, muzikant Peter Sijbenga.

Laibach is bijna lachwekkend jarendertig/veertig Duits: ze vertonen filmbeelden die zo uit een stomme zwartwitfilm gehaald lijken, ze staan in het zwart op het podium, de zanger staat voor het publiek alsof hij ze bevelen geeft, en er is veel rook en strakke muziek. Op het doek verschijnen woorden als ACHTUNG! of DEMOKRATIE of ANARCHISMUS. Aan weerszijden van het podium stonden twee meisjes in zwarte pakjes - kruising tussen Heidi en Lara Croft - strak mee te drummen, als marcherende dansmariekes.

De zanger, met een Toet-ach-amonachtige zwarte lap om het hoofd en een zwart leren slagersschort voor, maakte als je wat beter naar hem keek haast een verlegen indruk, of hij toneel stond te spelen maar zich er niet helemaal in gooide. ,,Het is ook vast heel vervelend'', meende Kees, ,,als je altijd in Duitsland elke keer van die neonazis in de zaal hebt, en je zelf zo'n rol moet spelen. Misschien heeft hij er wel een beetje tabak van.''



Het was, al met al, wel een belevenis, al had het wel een stuk erger en agressiever gekund.

Na afloop en toen we alle muntjes in bier hadden omgezet, haalden we een snack bij een frituur in de buurt, waar een oudere Antiliaanse heer met een kettinkje - Henny - de baas was. ,,Ik ben niet de baas, dat is mijn vrouw'', zei Henny toen ik het hem vroeg. Waarna hij me alles vertelde over werken, het hebben van een eigen bedrijf en het koesteren van toekomstwensen. ,,Ik hoef niet naar een tropisch eiland later, want daar kom ik al vandaan.''

Jaap, die een exclusievere smaak heeft, kocht bij Henny een garnalenkroket. Onderweg terug hoefde hij geen bier meer en viel hij in het busje in slaap. Als Hidzer een hobbeltje in de weg wat hard nam, bonkte Jaap zijn hoofd tegen het raam zonder dat hij wakker werd. Toen we ergens stopten, kwam de complete garnalenkroket en nog wat weer naar buiten.