maandag 30 oktober 2006


Literatuur

Kees 't Hart woonde hier vroeger om de hoek, in de Kleine Hoogstraat. Twee jaar geleden is hij met Euf naar Den Haag verhuisd. Ja, als ze denken dat het ergens anders beter is hou je ze niet tegen.

Ik kreeg een mailtje, dat hij voor een bundel met gedichten over Leeuwarden die binnenkort uitkomt een gedicht over de Kleine Hoogstraat heeft geschreven. Misschien heeft hij heimwee, maar dat weet je nooit bij schrijvers, soms doen ze net alsof. Dit is het gedicht:

Kleine Hoogstraat

Er zat wel eens bloed tegen de buitenmuur
Op de kleine parkeerplaats staken twee jongens in 1992
Het dak van de eend aan flarden
Eigen schuld dacht ik

Naast ons brak twee keer brand uit
En iets verderop richtte Henk rare etalages in
Tegenover ons neukten ze bij de Carmina Burana
Veel kwaad kon dat niet.

We maakten ook wel eens lawaai, maar bloed, dat niet.
Heel hard Living Doll zingen om vier uur ‘s nachts
Het bier en de whisky is op jongens
Nou dan gaan we weer.

Sociopaten waren er niet erg veel bij ons in de straat
Misschien iets verderop richting Grote Kerkstraat
Daar had je het Friese Schrijvershuis
Daar schreeuwden ze de hele dag.

En vaak voetstappen ’s nachts en liederlijk geschreeuw
Godverdomme, hier kun je niet gaan staan kotsen
Wat nou, boerenlul, waarom dan niet
Wij wisten het ook niet.

En dan die vogels ’s ochtends om een uur of zes
Allemaal tegelijk aan het kwetteren en kraaien
Hou je bek stelletje rukkers
We kunnen niet slapen.

Van de Ier naar huis was een meter of vijftien
Dat brachten we nog wel op meestal al was het zwaar
Toch even onderweg pissen hier kan het wel
Veel maakte het niet uit.

Kees ‘t Hart


Volgens mij valt het wel wat mee met dat bloed en zo. Aan de andere kant, de man die destijds het huis van Kees en Euf heeft gekocht, heeft het nu al minstens een half jaar te koop staan. Op de foto is de deur van de Ierse pub links voor, en het huis van Kees en Euf in het midden, even achter dat verkeersbord.