zaterdag 25 februari 2017

Een goede daad, hopen we



Moeder Geke van Halteren belde gisteren de krant, nadat ze de politie had gebeld.

Haar zoontjes, die wilden gaan vissen, hadden in het riet bij een steiger in de Potmarge twee emmertjes gevonden met naalden, medische verpakkingen en bebloede afdep-watjes. Ze stonden daar al langer, een vriendje had ze twee dagen eerder al gezien, maar haar jongens, tien en elf jaar en onderzoekend, visten ze er nu uit.

De politie had gevraagd of ze het zelf kon opruimen, maar daar waagde moeder Geke zich niet aan. Dan zou de politie de gemeente wel alarmeren, zeiden ze. Ze had een paar fotootjes gemaakt met haar mobiel en thuis gegoogeld: medicinale heroïne, had ze uitgevonden.

Raar, zo'n vondst naast de waterspeelplaats. Is dat een spuitplek aan het worden? Heeft iemand medisch afval gedumpt?

Ik had er een berichtje van gemaakt, en fietste een kleine twee uur later uit nieuwsgierigheid langs de steiger. Beide emmertjes stonden er nog.

Toch een beetje raar, vond ik, maakte er wat foto's van en wist  niet goed wat ik er verder mee aan moest. Dit kon hier zo niet blijven staan.

Een vrouw fietste langs, die riep: ,,Staan ze er nog steeds?'' Het bleek moeder Geke.

Ik belde de gemeente om te vragen wat er met zoiets gebeurt. Dat wordt gemeld, legden ze uit, en dan komt er iemand langs om het op te ruimen. Of had ik zelf toevallig een vuilniszak bij me?

Dat had ik niet, maar ik vond het ook raar om die zooi, wat het ook maar mocht zijn, hier zo te laten staan. Straks schopten jongetjes de alles het water in en staat er komende zomer iemand met een blote voet op. Of zoiets.

,,Ik wil wel een vuilniszak halen'', zei moeder Geke. ,,Ik woon hier vlakbij.''

Dat deed ze, ze bracht bovendien twee zakjes mee voor om mijn handen. Zij hield de zak open, we stopten alles erin, en ik nam het mee naar de krant. Waar we de zak in een stevige kartonnen doos hebben verpakt, plakband eromheen en in de container.

De gemeente belde terug: er was nogmaals een melding van gemaakt, het zou snel worden opgehaald. Hoeft niet meer, vertelde ik. Of dit de beste oplossing is geweest weet ik niet, maar weg is weg. Dan hadden de opruimers maar eerder moeten komen.

woensdag 22 februari 2017

Bestaan er honden die Fikkie heten?


Het komt door Fikkie dat ik op dit berichtje aansloeg, dat vandaag in de Leeuwarder Courant staat en door collega's van het Algemeen Dagblad is geschreven. Dat kun je zien aan het lollige toontje.

Zou die hond echt Fikkie heten, denk je meteen. Waarschijnlijk niet, want de schrijver heeft de naam tussen aanhalingstekens gezet. Die vindt Fikkie een jofele manier om een hond te omschrijven. Hij had ook Lassie kunnen doen, of Benji, maar dan waren er klachten van lezers gekomen.

Dan maar even checken bij Adelaide.com.au, in de editie van 21 februari staat het verhaal ook.

1. De hond heet Utana. De politieman die grijnzend met hem (of haar misschien) op de foto staat is AFP Senior Constable Dean Poletta.

2. De twee mannen zijn al in december gepakt. Het bericht gaat erover, dat de rechter hen heeft veroordeeld en niet gelooft dat de twee het vlees in hun bagage hadden om thuis op te eten. Het was om sniffer dogs te misleiden, zei de rechter.

3. Er bestaan, vermoed ik, helemaal geen honden die Fikkie heten. Er is alleen een gedateerd spreekwoord waar ze in voorkomen.

(De foto van de hond Utana is van Tom Huntley)

zondag 12 februari 2017

Bedrijfsspionage




Sint Piter arriveerde zaterdag in Grou en ik was erbij voor de krant. Dat kwam mooi uit, Sint Piter had ik nog nooit gezien en wie weet, steek je er zelf wat van op voor Sint Nicolaas. Dus ik hield hem goed in de gaten.

Collega Arodi Buitenwerf hield mij weer goed in de gaten. Daarom is op het LC-filmpje dat hij van de intocht maakte te zien hoe ik als een bedrijfsspion voor Sinterklaas van Ballum en Hollum aantekeningen maak, terwijl Sint Piter op zijn paard klimt.

Overigens: dat opstappen ging helemaal niet erg soepel, hij had er een opstapkrukje bij. Kijk, meteen een puntje voor Sinterklaas, die er zo op zwaait. Tot nu toe.

Nog wat aandachtspunten:

- Hier is maar één Zwarte Piet. Te weinig voor zo'n vol plein.
- Prachtige baard
- Staf mooi omwikkeld met lint
- Hij zwaait maar met één hand (zo heb ik het niet van Harry Wiersma geleerd)
- Oogverblindend mooi paard, ook nog eens prachtig aangekleed
 - Heel kort ritje (maar dat had te maken met de protesten van vorig jaar)
 - Eigen liedjes. Arodi en ik vonden vooral Stap stap stap stap stappestappestap / O! Wat is dat hynder knap aansprekend, die kun je na een keer al meezingen.
- Sint spreekt Fries. Dat is goed voor Grou, voor Ameland lijkt me dat minder geschikt
- Wit gewaad. Geen gezicht. In Grou vinden ze het mooi, maar het lijkt of deze Sint zo uit zijn bed is gestapt
- Leuke, niet al te lange bijeenkomst op het plein. Wat ik van de intocht op Ameland hoor en van die van Leeuwarden, is het vanaf het moment dat Sint voet aan wal zet voor kinderen nogal saai.
- Hotel Oostergo heeft bij de koffie speciale Sint Piter-koeken
- De pepernoten zijn in Grou veel groter dan andere pepernoten
- Er is geen spoor van commercie (zag Arodi, en het klopt)

Oh ja, en ze hebben een eigen Sint Piterjournaal. Waar dat over gaat weet ik niet, maar de hond Cléo speelt er een grote rol in. Die werd toegejuicht op het plein. Omdat ik tegenwoordig hondensnoepjes in mijn zak heb, was ik snel bevriend met hond Cléo.


Zo eerst maar. Thank you, double-o-seven.

(De foto en het filmpje zijn van Arodi Buitenwerf)


zaterdag 4 februari 2017

Katharina Feldmann en de jaren vijftig


In Loods 6 in Amsterdam hangt een overzicht van het werk van fotografe Katharina Feldmann, in 1910 geboren in New York. Het komt uit drie periodes: eerst haar experimentele werk, dan straatfotografie uit haar wijk, en tenslotte studioportretten, ook weer een tikje experimenteel.

Het leuke is: ik hang er ook tussen, kijk maar eens goed. Want Katharina Feldmann bestaat helemaal niet.

Een tijdje geleden hielden twee studenten me staande bij de Westerkerk, een man en een vrouw. Ze kwamen uit Leeuwarden (als ik me goed herinner) en waren eerstejaars op de fotovakschool in Amsterdam.

De man had een ouderwetse camera waar je bovenin moet kijken. Een Rolleicord IV weet ik nu, met een Rolleinar 1 voorzetlens en een Kodak Tri-X 400 film erin. Niks digitaal dus.

,,Mogen we u wat vragen'', vroegen ze. ,,Mogen we een foto van u maken? We zijn op zoek naar mensen die aan de jaren vijftig doen denken.''

Ik weet niet of zoiets een compliment is of juist iets om je diep voor te schamen, maar ik vond het best. Mijn bril moest ik bij haar inleveren, die past blijkbaar niet bij de jaren vijftig.

Dit was een module-opdracht van hun opleiding, vertelden ze, waarmee het eerste jaar afsluit. En het moest secuur gebeuren, want de vrouw die het moest beoordelen ,,is best wel streng''. Vandaar dat met die bril.

Vandaag kreeg ik de foto opgestuurd, met die van de studentententoonstelling in Loods 6. De fotograaf heet Jildo-Tim Hof.

,,In deze module kregen we de opdracht een biografie te schrijven over een fictief fotograaf'', schrijft hij erbij. ,,En hierbij moesten we een oeuvre maken uit drie periodes uit zijn of haar leven.''

Zo ontstond Katharina Feldmann, wier straatfoto's geïnspireerd zijn door Vivian Maier. Maier bestaat wel echt, zij was nanny in Chicago en maakte in haar vrije tijd straatportretten. Een jaar of wat geleden, vlak voor haar dood, werd ze ontdekt en meteen wereldberoemd.

Deze foto was nog niet eens eenvoudig te maken, vertelt Hof, want de plek, in de steeg naast de kerk, was te schemerig. ,,Dit bleek ook achteraf, omdat gedeeltes van u onscherp zijn'', zegt hij. Maar gelukkig: ,,De docent vond het een sterk portret en vond de onscherpe delen totaal niet storend, integendeel.''

Tot zover de jaren vijftig.