vrijdag 14 oktober 2005

Twee jongens



Een van de leukste dingen van alleen reizen is dat je zo snel een gesprek hebt met mensen onderweg. In de trein van Athene naar Diakofto zaten schuin tegenover me twee jongens, de een zag er wat Aziatisch uit, de ander was wat ondefinieerbaarder, met bruine ogen en ditto haar. Hij vroeg geregeld aan een oude Griek tegenover hem of dit station Patras al was, maar dat was het steeds niet.

Ik had een kaart van Griekenland, en die liet ik hun zien, zodat ze wisten waar ze waren. Meteen kwamen ze tegenover me zitten. De Aziatische jongen sprak geen Engels, de ander wel. Ze kwamen uit Pakistan, vertelde hij en waren al anderhalf jaar onderweg. Ze werkten hier en daar, en hoopten nu in Italie te belanden. Het einddoel was Engeland, waar een oudere broer van de jongen zat. ,,Maar hij heeft geen paspoort, dus hij moet oppassen als hij over straat loopt'', vertelde jongere broer.

Zelf hadden ze ook geen paspoort, dus betere baantjes dan bij de druivenpluk en dergelijke zaten er niet in. De Engelssprekende was zestien, de andere negentien. Die vroeg eigenlijk het meest, waarbij de Engelssprekende tolkte.

,,Mijn vriend wil weten'', zei hij, ,,als je zomaar rondreist, hoe gaat het dan met je salaris?'' Dat betalen ze gewoon door, vertelde ik naar waarheid. Hij vertaalde het in het Pakistani, en ze keken me allebei waarderend aan met zo'n blik van zo zo, jij hebt je zaakjes goed voor elkaar. Ik was het helemaal met ze eens.

Toen ik uitstapte wuifden ze me na, terwijl de trein hen naar Patras reed. Ik hoop dat ze Engeland halen en heel rijk worden.